Langs lang vervaagde grenzen bleef hij waken
Een hoeder van ´t nu tanende gezag
Een ridder die zijn taak nooit zou verzaken
al was hij slechts gewapend met een vlag
Loyaal aan codes uit een grijs verleden
ontging het hem dat zelfs de laatste grens
al jaren her zo ruw was overschreden
door menig grof en onbehouwen mens
Als bij het bastion van de beschaving
de broze vestingwal van het fatsoen
uiteindelijk bezwijkt door ondergraving
wat kan een vaandeldrager dan nog doen?
Een vlag drijft weg bij ´t kerende getij
op golven grenzeloze barbarij